20110205 — zaterdag

Song­bird makes a man cry

Eer­der deze avond zag ik de docu­men­tai­re serie Clas­sic Albums over Rumours van de band Fleet­woord Mac. Tij­dens de stu­dio opna­mes had zowat elk band­lid ste­vi­ge pri­vé pro­ble­men. Best wel onhan­dig als je beseft dat de groep bestond uit vijf leden, waar­van twee stel­len in onmin leef­den. Bei­de rela­ties waren bezig uit elkaar te val­len, en het ove­ri­ge lid, drum­mer Mick Fleet­wood, had ont­dekt dat zijn vrouw vreemd­ging met zijn bes­te vriend. Voor een peri­o­de van vele maan­den zaten ze elke dag meer dan veer­tien uur op elkaars lip. En het bracht het bes­te werk naar boven.

De lief­de voor muziek hielp hen door deze zwa­re tijd. Eén van hen con­clu­deer­de in de docu­men­tai­re dat ze er pas jaren later ach­ter kwa­men dat alle num­mers over elkaars pro­ble­men gin­gen. Indrin­gend vond ik de beken­te­nis van bas­sist John McVie. Hij ver­tel­de, over­dui­de­lijk nog steeds met een brok in zijn keel, dat hij stee­vast moest hui­len bij het num­mer ‘Song­bird’. Geschre­ven, gespeeld en gezon­gen door zijn toen­ma­li­ge vrouw Christine.

For you, the­re’ll be no more crying,
For you, the sun will be shining,
And I feel that when I’m with you,
It’s alright, I know it’s right

De heren van de caba­ret­groep NUHR heb­ben tij­den gele­den een cd uit­ge­bracht met daar­op alleen maar lied­jes. Een­tje gaat over de obser­va­tie van een stel­le­tje op een ter­ras. De zanger/verteller ziet in hen de eer­ste teke­nen van een rela­tie­breuk al aan­we­zig ter­wijl zij zelf nog in onge­wis­se ver­ke­ren. Schijn­baar ver­liefd en geluk­kig genie­ten zij van het leven. Maar met kil­le pre­ci­sie wordt hun lief­de­vol samen­zijn tot op het bot ont­leed. En de dia­gno­se luidt: die gaan uit elkaar. Hoe de zanger/verteller dat weet? Hij heeft ook ooit, jaren gele­den, daar zo gezeten.

And the song­bir­ds are singing,
Like they know the score,
And I love you, I love you, I love you,
Like never before.

Toen er jaren gele­den een onher­stel­baar gat in mijn hart gesla­gen werd heb ik ook vele malen gehuild. Ik zal het hier maar met­een beken­nen. Het vreem­de was dat de ech­te dijk­door­braak pas weken later voor de eer­ste keer echt goed op gang kwam. Totaal onver­wachts. Bij het beluis­te­ren van een muziek­num­mer. Zomaar ineens begon­nen de tra­nen te stro­men. Er kwam geen ein­de aan. Als ik niet alleen was geweest had ik me dood geschaamd. Maar ik was wel alleen. Erg alleen. Hemel­ter­gend alleen. Zo alleen dat het pijn deed. Ik kroop in een hoek­je. Doods­bang voor mezelf en dat onmen­se­lijk groot ver­driet dat bezig was mij te ver­te­ren. Plus het almaar ster­ker wor­den­de besef van de onom­keer­ba­re fout die ik had gemaakt.

And I wish you all the love in the world,
But most of all, I wish it for myself.

Ik ga hier niet ver­tel­len wat dat num­mer was. Dat blijft mijn geheim. Of, beter gezegd, mijn achil­les­hiel. Nog steeds kan ik het bij dit lied niet droog hou­den. En ik zag bij John McVie dat voor hem het­zelf­de geldt. Hoe ik dat weet?

And the song­bir­ds keep singing…