Hfst. 1
Omdat een sluitende verklaring niet voorhanden was kon Jaap niet anders dan concluderen dat het wel een heel toevallige samenloop van omstandigheden was. Met een doffe klap was het lichaam voor hem op straat terechtgekomen. Had hij niet zijn pas ingehouden om een zojuist binnengekomen sms-je te openen dan zou hij hoogstwaarschijnlijk er naast hebben gelegen. Geschokt keek hij in de opengesperde ogen van zijn vrouw. Enkele minuten geleden had hij gedacht haar auto te zien rijden. Maar aan het stuur zat een voor hem onbekende man. In de achteruitkijkspiegel zag hij de rode gezinswagen uit zicht verdwijnen. Het was nooit in hem opgekomen het kenteken te checken.
Hij keek omhoog. Ze had altijd verteld ergens op de vierde verdieping haar kantoor te hebben. Alle ramen zaten dicht. Geleidelijk liet hij zijn blik verder omhoog klimmen. Rondom hem heen ontstond meer en meer tumult. Voorbijgangers kwamen aangesneld en knielden naast het lichaam. Inmiddels was hij al boven de tiende verdieping en nog steeds waren de vensters gesloten. Vastberaden zette hij zijn zoektocht voor. Eindelijk, de tel was hij inmiddels kwijtgeraakt, zag hij op de bovenste etage een openstaand raam waar de gordijnen naar buiten waaiden. Er boog zich iemand naar buiten. Vanaf zijn plek beneden kon hij moeilijk ontwaren of het een man of vrouw was. Niet veel later verdween de figuur naar binnen.
Behendig werd er tussen twee uit de kluiten gewassen SUV’s geparkeerd. De chauffeur stapte uit. Op de achterbank zat een blonde vrouw. Nadat ze uitgestapt was maakte ze enkele rek- en strekoefeningen. De ongemakkelijke lighouding gedurende het ritje door de stad bezorgde haar nu al spierpijn. Ze schrok niet toen de man een hand op haar billen legde. “Kom,” zei hij. “We moeten opschieten anders missen we het vliegtuig.”
Op de vijfentwintigste verdieping vroeg Anke zich vertwijfeld af of ze inderdaad de echtgenoot van Ilse op het trottoir had zien staan. Wat deed hij in godsnaam hier? Net nu. Ze durfde de gedachte niet af te maken. In het kantoor was alles normaal. Enkele papieren waren op de grond gewaaid. Maar verder niets opmerkelijks. Voorzichtig opende ze de deur naar de gang. Een hevige tochtvlaag deed haar bijna de klink uit de handen trekken. Niemand te zien. Snel sloot ze de deur achter zich en liep naar het trappenhuis.
Het innig verstrengelde stel stond in de rij bij de incheckbalie. Een grote reiskoffer voor zich uit duwend. Vanaf een plek verderop werden ze in de gaten gehouden door een man. Zenuwachtig bleef hij controleren of de vrouw in de rij dezelfde was als op de foto in zijn hand. Daar was geen misverstand over mogelijk. Maar wie was dan die man die haar zo stevig vasthield? Dat kon niet haar echtgenoot zijn. De echtgenoot van Ilse de Klerk was in de stad. Dat had hij zojuist bevestigd gekregen.
In het trappenhuis was Anke op weg naar beneden. Haar hoofd liep over van de wildste speculaties. Eenmaal bij haar auto in de parkeergarage aangekomen belde ze het nummer terug dat als bovenste in de lijst inkomende gesprekken staat. Er werd bijna onmiddellijk opgenomen. Opnieuw herhaalde ze haar vraag maar het antwoord bleef hetzelfde, Ilse was niet alleen op het vliegveld gearriveerd.
Jaap vroeg zich af waarom zijn vrouw hem ook alweer gebeld had. Op verschillende etages waren de ramen nu wel open. Mensen bogen zich naar buiten en naar beneden om te zien waar al die consternatie om te doen was. Sommigen begonnen te gillen. Ruw werd hij plotseling terzijde geduwd door het publiek dat zich op de plek des onheils aan het verzamelen was. Het zou niet lang meer duren voordat de politie zou arriveren en orde zou aanbrengen in de chaos. Voordat de rijen zich sloten wierp hij nog een blik op het lichaam. Niemand die had gemerkt dat in zijn uitgestrekte hand een foto ontbrak die hij tijdens zijn val stevig had vastgeklemd. Die foto had Jaap nu in bezit. Zijn vrouw keek hem met wijd opengesperde ogen aan. Ze hing volledig naakt en ingenieus ingesnoerd opgetakeld door katrollen aan het plafond. Compleet weerloos en beschikbaar voor de groep genodigden om haar heen. Het was hem ook niet ontgaan dat zijn vrouw leek te genieten. Hij herinnerde zich dat ze hem had gevraagd haar laptoptas te brengen. Die was ze vergeten. Een toevallige samenloop van omstandigheden leek hem geen sluitende verklaring.
~ ~ ~
Mijn niet serieus te nemen Hoofdstuk 1 bijdrage voor Nederland schrijft een boek op Youzzle.nl
Een interactief vervolgverhaal.