[…] Hij stak zijn hand uit en doofde de kaars. De duisternis palmde hen weer in. Je hoorde de muggen wegvliegen toen ze het verlokkelijke kaarslicht niet meer zagen. Je hoorde ze nog even zoemen, daarna verstomde het gegons van hun vleugels. Door een kiertje waren ze de vrijheid in geglipt.
‘Zag je dat, zag je dat?’ klonk Augusts stem vanuit het donker. ‘Heb je goed opgelet, mijn jongen?’ herhaalde hij, terwijl hij het deksel van de kist schoof.
‘Nog een spelletje, Flamarion.’ Dat was de kapitein die kaartspeelde. Zijn stem leek van ergens uit de oneindigheid te komen.
‘Vrij zijn…’ fluisterde August. Hij strekte zijn arm en wierp een brandende lucifer in de kist met buskruit.
Een enorme flits verlichtte het vertrek en in het vuur van de explosie zag Petr de grote eenwording oplichten.
Fragment uit ‘Waanzinnige August’, een kort verhaal geschreven door de zestienjarige Petr Ginz tijdens zijn verblijf in het concentratiekamp Theresienstadt. Hetzelfde jaar zou hij op transport worden gesteld naar Auschwitz waar hij in de gaskamer om het leven kwam.

Gisteren, tijdens Dodenherdenking 4 mei 2012, werd het Requiem voor Auschwitz uitgezonden op Ned 2. Bij toeval kreeg ik de vooraankondiging te zien zodat ik ’s avonds om 23.00 uur op tijd kon inschakelen. Ik heb de ruim een uur durende uitzending ademloos uitgekeken. Tussen de muziekstukken door werd telkens een korte tekst voorgelezen, afkomstig van slachtoffers door de Holocaust. Eén van die slachtoffers was Petr Ginz (1928–1944).
Vandaag, tijdens Bevrijdingsdag 5 mei 2012, heb ik het Requiem voor Auschwitz opnieuw beluisterd terwijl ik ondertussen het Praags dagboek van Petr Ginz gelezen heb.
Laten we vrij zijn…
Reacties
elk jaar weer ontdek ik nieuwe, nog niet (bij mij0 bekende verhalen,
en elk jaar ben ik weer onder de indruk.
ook van het oud zeer wat (nog steeds) in onze familie leeft!
Daarom is het ook zo goed dat we hier elk jaar weer opnieuw bij stil staan.
.. we beseffen het ons niet vaak genoeg. Maar of dat slecht is..