Midden in de nacht schrik je wakker. Op de achtergrond sterft een ijselijke schreeuw weg in de donkerte van de nacht. Jij bent nog bezig om uit te vinden waar je bent, welke dag het is, wie er naast je ligt en meer van dat soort vormen van houvast om jezelf een plaats op aarde te geven. Dan pas vraag je je af wat het was wat je uit je slaap heeft gerukt. Nog steeds lichtelijk gedesoriënteerd zit je rechtop in bed. Stilte dreunt in je oren. Had je nu wel of niet iemand horen gillen? Voor de zekerheid open je de gordijnen en werpt een blik op straat. Niets bijzonders te zien. Alleen de gebruikelijke nachtbrakers die over straat strompelen na een avond vol drank. Alweer half slapend val je terug in bed. Een volgende door merg en been snijdende kreet is het begin van een nieuwe nachtmerrie.
De volgende ochtend hoor je op de radio dat er iemand is vermoord in de wijk waar je woont. Wanneer je meer alert was geweest en de politie diezelfde nacht had gebeld, waren er misschien geen dodelijke slachtoffers gevallen. Wat ga je de politie vertellen indien ze bij je aanbellen voor een buurtonderzoek?
Ziedaar het dilemma voor de bewoners van een wijk in Le Havre wat het onderwerp van de film ‘Le témoins’ (de getuigen) vormt. In dit geval zijn het 38 potentiële getuigen die allen beweren niets gehoord te hebben terwijl vlak onder hun raam een studente van 20 jaar gruwelijk via messteken van het leven wordt beroofd. Het is onmogelijk dat niemand iets heeft gemerkt. Toch blijft iedereen volharden dat ze ofwel vast in slaap waren, ofwel niets alarmerend gehoord hebben. Halverwege de film krijgt een van hen zoveel wroeging dat hij alsnog opbiecht bij de politie dat hij wel degelijk wakker is geworden en vanachter het raam getuige is geweest van de steekpartij. Met alle gevolgen van dien.
Zelf had ik halverwege de film een déjà vu. Had ik de film al eerder gezien? Was het een verfilming van een thriller die ik misschien al eens gelezen had? Ik pijnigde mijn hersens en kwam uiteindelijk uit bij een boek uit onverwachte hoek: ‘Superfreakonomics’ van Levitt & Dubner. Een boek wat ik vorig jaar gelezen heb en wat dieper ingaat op de verschillende (economische) prikkels (of het ontbreken daarvan) als verklaring voor bepaald menselijk gedrag. In hoofdstuk 3 — Unbelievable stories about apathy and altruism (in which people are revealed to be less good than previously thought, but also less bad) komt een schokkende zaak ter sprake met als tragisch middelpunt de 28-jarige Kitty Genovese die in 1964 midden in de nacht voor haar appartement vermoord wordt. De zaak wordt al snel nationaal nieuws. En wel hierom:
For more than half an hour 38 respectable, law-abiding citizens in Queens watched a killer stalk and stab a woman in three separate attacks in Kew Gardens. […] Not one person telephoned the police during the assault; one witness called after the woman was dead.
De film is losjes gebaseerd op deze gebeurtenis (die in het boek een verrassende ontknoping kent) en zoomt in op de relatie van een man en vrouw, waarbij de vrouw van een zakenreis thuiskomt op de ochtend na de moord. In eerste instantie blijft het voor haar (en voor ons) onduidelijk wat haar echtgenoot heeft gehoord of gezien. Het verhaal wordt in een langzaam tempo verteld, maar is nergens langdradig. Gefascineerd heb ik zitten toekijken hoe deze ontluisterende film alleen maar verliezers lijkt op te leveren en mijn geloof in de mens weer een flinke deuk oploopt. Gelukkig hebben we het boek nog om terug te lezen dat de werkelijkheid toch iets anders in elkaar zat.
Gebruikte illustratie(s):
The screams of Kitty Genovese
~ ~ ~
Reactie
Hm… lijkt me interessant om zowel het boek eens te lezen als de verfilming ervan te zien — ik hou wel van films en boeken met een psychologische inslag.