50books — Vraag 45

Het is inmid­dels tra­di­tie gewor­den. Iets waar ik elk jaar weer naar uit­kijk: mijn jaar­lijk­se ver­die­ping in twee boe­ken die ik her­lees en her­lees zon­der ze ooit hele­maal echt te door­gron­den. Ik denk dat ze te moei­lijk voor me zijn. De vele filo­so­fi­sche uit­wei­din­gen gaan me nog steeds boven de pet hoe­wel ik er bij iede­re her­le­zing weer iets­je meer van denk te begrij­pen. Maar het ver­haal kan ik wel vol­gen. Steeds beter. En het grijpt me vreemd genoeg steeds meer aan hoe­wel ik natuur­lijk allang weet hoe het zich ont­wik­kelt en hoe het gaat ein­di­gen. Het kan niet anders dat we een band heb­ben opge­bouwd door de jaren heen.

Benieuwd gewor­den naar wel­ke boe­ken het zijn? Voor de aan­dach­ti­ge #50bookvolger zal het geen ver­ras­sing zijn omdat ik ze al eer­der heb aan­ge­haald: ‘Zen, and the art of motor­cy­cle main­tenan­ce’, en later is daar ‘Lila’ van dezelf­de auteur Robert M. Pir­sig bij­ge­ko­men. Meest­al lees ik in de zomer­pe­ri­o­de ‘Zen’ en bewaar ik ‘Lila’ voor de don­ke­re dagen. Heel soms draai ik het om of lees ik ze kort na elkaar. Maar elk jaar lees ik er mini­maal een­tje. Ik kan niet meer zonder.

Een boek mis­sen als je het uit hebt — dat is de mooi­ste lief­des­ver­kla­ring aan een roman. Je bent beto­verd geraakt door de taal van een schrij­ver, door zijn ver­haal, de per­so­na­ges en de ver­wik­ke­lin­gen in hun levens, door bepaal­de scè­nes, je bent er lang mee bezig geweest, ook in de uren dat je niet las. Dan is het voor­bij. Je her­leest het begin, je her­leest mis­schien nog een enke­le scè­ne. Maar het is voor­bij, en je mist het boek dat dagen­lang bij je is geweest, waar je naar terug­keer­de zodra dat moge­lijk was.
Dit is een effect dat alleen een roman op mij kan hebben.

Ik las het in ‘Wat alleen de roman kan zeg­gen’ van Oek de Jong, een boek dat we voor de blog­ger­slees­club ‘Een per­fec­te dag voor lite­ra­tuur’ moesten recen­se­ren (zie hier het resul­taat). En ik merk­te dat ik hard­op instem­de met deze con­sta­te­ring. Ja, ik ben ver­liefd gewor­den op ‘Zen’ en ‘Lila’. Zoals ik op zoveel meer boe­ken ver­liefd ben gewor­den. Ik heb een groot hart en dan kan dat.

Een stuk­je ver­der schrijft Oek de Jong: ‘De indruk die een kunst­werk maakt, wordt niet altijd maar wel dik­wijls mede bepaald door de tijd die je eraan geeft.’ De tijd die je inves­teert in een kunst­werk bepaalt de impact. Lezen duurt het langst, is de con­clu­sie. En dan is het ineens logisch dat moei­lij­ke boe­ken die hun gehei­men niet met­een prijs­ge­ven uit­ein­de­lijk ook vaak de mees­te impact heb­ben. Want het zijn bij uit­stek de boe­ken die je nog eens oppakt om opnieuw te lezen. Omdat er altijd dat gevoel is dat je het niet alle­maal begre­pen hebt. Dat er altijd wat nieuws te ont­dek­ken valt.

Nog­maals Oek de Jong (over ‘Ulys­ses’ van James Joyce):

In plaats van het een moei­lijk boek te noe­men zou je ook kun­nen zeg­gen: het is zo veel­om­vat­tend, het heeft zoveel te bie­den, het is zo com­plex, het is zo bij­na per zin gees­tig en scherp­zin­nig, het is zo vir­tu­oos geschre­ven dat geen mens het in één keer kan bevat­ten. En waar­om zou een roman zich onmid­del­lijk voor ons moe­ten ontsluiten?

Inder­daad. Waar­om zou een roman zich onmid­del­lijk voor ons moe­ten ont­slui­ten? Wat is er nu niet teleur­stel­len­der dan een ver­haal dat zich met­een hele­maal prijs­geeft? Waar bij eer­ste lezing alles gezegd is wat er gezegd moest wor­den? Er geen enke­le die­pe­re laag valt te bespeu­ren. Rechtoe recht­aan als de recla­me­tekst op een pak hagel­slag. Hap­kla­re brok­ken in haas­ti­ge tij­den. Ik weet niet hoe het met jul­lie is, maar ik blijf altijd met een kater ach­ter wan­neer ik zo’n een­di­men­si­o­naal boek heb gele­zen. Geef mij maar een tekst waar ik me in het begin niet com­for­ta­bel bij voel. Dat ik con­ti­nu het idee heb iets te mis­sen. Iets over het hoofd zie. Heer­lijk! Het prik­kelt me om me er in vast te bij­ten. Op zoek te gaan naar de voor mij ver­bor­gen lagen. Lezen is ten­slot­te ook wer­ken, niet alleen ont­span­ning. Althans, zo ervaar ik het.

En jij? Wil jij uit­ge­daagd wor­den? Of sla je een boek geër­gerd dicht wan­neer het te moei­lijk lijkt? Heb je geen zin om mee te gaan in de zoek­tocht die de auteur met zoveel moei­te voor jou heeft uit­ge­stip­peld? Zie je het mis­schien wel als flau­we­kul, intel­lec­tu­e­le borst­klop­pe­rij wat niets met een goed ver­haal van doen heeft. Niets mis mee, natuur­lijk. Ieder van ons heeft een eigen opvat­ting over wat lezen met hen doet en hoe ze het erva­ren. Daar­om ben ik ook elke week weer opnieuw zo benieuwd naar jul­lie invul­ling van de opge­wor­pen vraag. Suc­ces met de vijfenveertigste!

Vraag 45:
Waar­om zou een roman zich onmid­del­lijk voor ons moe­ten ontsluiten?

~ ~ ~