Jij en ik
Deze week las ik De drie levens van Tomomi Ishikawa, geschreven door Benjamin Constable. Op woensdag 15 januari verschijnt er een bespreking in het kader van Een perfecte dag voor literatuur op mijn blog. Daarom ga ik er nu verder niets over vertellen. Behalve dat ik een stukje tekst met jullie wil delen wat ik in het verhaal tegenkwam. Ik moest meteen aan een blogpost denken die ik enkele dagen eerder had gelezen. Maar eerst het bewuste fragment. Het staat op bladzijde 151 (is het jullie trouwens al eens opgevallen dat ik niet goed weet wanneer ik ‘bladzijde’ en wanneer ‘pagina’ moet gebruiken?):
Hier is mijn vraag (de vraag die voorafgaat aan ‘Waarom?’ of ‘Wat is waarheid?’): stel dat ik besluit om niet te lezen wat je hebt geschreven?
[p.151–152]
Sinds het schrift is uitgevonden, leggen mensen verslag van wat er in hun hoofd omgaat, geven namen aan ideeën, beschrijven hun dromen, verdraaien hun herinneringen en verzinnen nieuwe. Levens vol neergepende woorden, oceanen van inkt. Hele wouden worden omgehakt zodat wij onze woorden kunnen opschrijven. Stel dat niemand ze leest? Ik denk dat we schrijven om gelezen te worden, ook al maken we onszelf wijs van niet. Maar de overgrote meerderheid van wat er wordt geschreven, schiet haar doel voorbij en zal nooit door een ander worden gelezen. Waar ben jij nu, […], om mijn woorden te lezen?
Praten we tegen onszelf?
Ik ben ook zo iemand. Die zichzelf meestal wijs maakt dat hij niet voor jullie, maar louter voor zichzelf schrijft. Hoewel ik beter weet. Op het moment dat ik op de ‘Publiceren’ knop druk gaat deze blogpost de wijde wereld in. Kan iedereen het lezen. Of ik dat wil of niet. Waarbij het logisch is dat ik het wil, want anders had ik niet voor de optie van publiceren moeten kiezen.
Maar wie zijn jullie eigenlijk? Wat willen jullie lezen? En, nog belangrijker, moet ik me daar druk om maken? Want ik zie wel een verschil tussen toegeven dat je niet alleen voor jezelf zit te schrijven en het gegeven dat je alleen maar zou moeten schrijven wat je lezers willen lezen. Met dat laatste heb ik de laatste tijd zitten worstelen. Zonder dat ik weet wie hier van jullie nu zoal komt lezen (ik heb al heel lang geen statistieken meer aan mijn blog hangen) ben ik toch teveel bezig geweest met nadenken wat jullie hier op deze plek verwachten. En wanneer. Vandaar dat ik met een ambitieuze (lees: niet-realistische) blogplanning aan de slag ben gegaan (achteraf bezien het resultaat van teveel vrije tijd bedenk ik me al bladerend door mijn werkplanning voor de komende weken waarin ik onder ander een trip naar Roemenië zie staan plus vele dagen veel testwerk).
Terwijl ik, wanneer ik aan jullie probeer te denken tijdens het schrijven, slechts een zwart gat zie. Een grotendeels anonieme horde (hoop ik; het kan ook zijn dat jullie massaal wegblijven van deze site; iets wat ik soms best wel kan begrijpen) bezoekers. Hoe kan ik ooit iets schrijven wat jullie allemaal aanspreekt? De gedachte daaraan is verlammend voor het schrijfproces.
Dat was het moment waarop ik de blogpost The intrinsic value of blogging van Matt Mullenweg las. Zelfs met behulp van statistieken had hij geen enkel idee wie zijn bezoekers daadwerkelijk waren.
Stats systems, like Jetpack’s, have gotten very good at telling me which post got how many visitors and where they came from, but it’s all anonymous and the numbers don’t really mean anything to me anymore.
Ik haal uit zijn blogpost voor een gedeelte dat het hem moeilijk valt om te schrijven wanneer hij zich probeert voor te stellen dat zijn verhaal door zeer veel mensen gelezen gaat worden. Wat in zijn geval niet geheel ondenkbaar is. Gelukkig heeft hij er iets op gevonden:
The antidote I’ve found for this is to write for only two people.
Kijk. Dat maakt het overzichtelijk. Nu zijn er nog maar twee lezers over. En niet zomaar de minste, want de eerste dat ben ikzelf. Kan dat? Ja, dat kan:
First, write for yourself, both your present self whose thinking will be clarified by distilling an idea through writing and editing, and your future self who will be able to look back on these words and be reminded of the context in which they were written.
Dat haakt mooi in op het aspect om voor jezelf te schrijven. Maar het betekent ook dat er nog maar één persoon overblijft buiten jezelf om voor te schrijven. En dat ben jij natuurlijk!
Second, write for a single person who you have in mind as the perfect person to read what you write, almost like a letter, even if they never will, or a person who you’re sure will read it because of a connection you have to them (hi Mom!).
Voor jou alleen ga ik hier de mooiste, interessantste, ontroerendste, grappigste, leerzaamste en triviaalste zaken posten die ik weet te verzinnen en kwijt wil om met jou te delen. Zodat jij mij nog beter leert kennen. En ik mezelf. Vergeet die hele blogplanning (wees eerlijk, we waren er toch nog niet aan gewend geraakt) en kom elke dag hier een kijkje nemen om mijn laatste gedachtenspinsels te lezen. Geen vaste thema’s op vaste dagen, maar wel de belofte dat ik vooral doorga met zomaar wat te doen. Dat ligt me toch het beste.
Reacties
Ja, ik las dit laatst ook (geloof ook via een link van jou) en ik vind het een heel mooi idee. Voor twee personen schrijven, waarvan je er zelf één bent. Je present self, maar ook je future self. (zijn dat er niet eigenlijk al twee? ;-)) En dan dus misschien nog die ene speciale persoon. Het is ook de enige manier waarop ik kan schrijven. Het is geruststellend, op een bepaalde manier.
Verder ben ik stiekem blij dat jij die hele blogplanning een beetje loslaat. Ik heb er nog altijd vertrouwen in dat je prima je weg zult weten te vinden in het hoe en wat en wanneer!
Zelf had ik dit advies al eens eerder meegekregen. Maar een beetje herhaling op z’n tijd van een goed idee kan nooit kwaad, toch?
De blogplanning was tegen beter weten in. Wanneer ik tijd ‘in overvloed’ heb dan helpt het. Maar nu het weer drukker wordt op kantoor gaat het tegen me werken ben ik bang. Dus daarom maar voortijdig de teugels laten vieren.
Mooi, doen. en ik ga hier gewoon af en toe naar toe om te lezen, en te zijn. bij iemand waar niet al te veel van hoeft. die niet slimmer wil zijn dan ik, me geen adviezen geeft, en me laat zijn zoals ik ben. die wel deelt wat hem van het hart moet, zodat ik met nieuwe ogen naar oude dingen kan kijken en met oude ogen naar nieuwe
Dank je. Dat zijn heel mooie woorden die me raken…
Hallo Peter,
Ik moet eerlijk bekennen dat ik me nooit heb verdiept in Bladzijde of Pagina.
In het Nederlands zijn het Synoniemen van elkaar en in veel boeken wordt afwisselend blz pf p gebruikt met nummer.
Jij gebruikt bladzijde 151 in het stukje zelf staat [p 151–152]
Goh je zou hier al een stevig blog over kunnen schrijven
Vroeger uitte de mens zich dmv het verhaal en/of het toneel
Na de uitvinding van het schrift ging men dit massaal gebruiken niet alleen voor praktische toepassingen maar ook als uiting van jezelf.
Vroeger meer maar ook nu nog wel was/is het een taboe om in het dagboek van iemand te lezen zonder diens goedvinden
Schrijven in een dagboek bleek ook nog eens heel therapeutisch te zijn
En vanaf dat moment werd dus het beroep van schrijver geboren en kwamen de (verhaal)vertellers op de achtergrond.
Waarom mensen schrijven en publiceren/bekent maken, wie het weet .…?
Jij schrijft vlg mij 80% voor een publiek en je doet dat op een vlotte goed te begrijpen manier, zelfs als je ons iets uitlegt gaat het erin als koek.
En ook al lees ik niet elke letter van je toch hoop ik nog vele blogs van je te lezen, ga maar verder zo je nu gaat.
MvG Herman
@filobeet
Haha, je had tenminste wel gezien dat ik inderdaad bladzijde in mijn teksten gebruik, maar de p van pagina bij quotes. En waarom? Ik zou het ook niet weten.
En bedankt voor de aanmoediging. Ik ga zeker proberen gewoon door te gaan met zeer regelmatig hier te posten. Maar vooralsnog zonder verdere planning.
Dank je. Dat waardeer ik, dat je voor mij schrijft. Althans, zo zie ik het altijd maar, als lezer: dat de blogger het voor mij heeft geschreven 🙂 Gaaf ook Matt, ga ik zo lezen.
Het doet me denken aan een tip over webinars die ik laatst las. Dat je als presetator en moderator altijd tegen de tweede persoon enkelvoud moet spreken en niet de tweede persoon meervoud.
Dat is, weet ik uit ervaring, wel heel verleidelijk. Om in mailtjes te zeggen ‘beste deelnemers’ of ‘hier vinden jullie de informatie …’. Of tijdens de presentatie zeggen; kunnen jullie nu de poll beantwoorden’.
Het is logisch vanuit de organisatie maar het schept afstand naar de deelnemer.
Niet dat jij je druk moet maken om wat de lezer er van vindt en hoe die het ervaart, maar het versterkt jouw besluit, vind ik.
Graag gedaan 😛
Ik denk dat het ook zo hoort. Dat iedere lezer het idee moet hebben iets te lezen dat speciaal voor hem/haar is geschreven. Dat schept een band.
Het stukje van Matt is kort maar krachtig. Jammer dat hij zo weinig schrijft (althans op zijn blog).
Zelf merkte ik dat ik ongemerkt toch meer bezig was met wat ‘men’ wilde lezen (bij mij) dan dat ik spontaan bleef schrijven. Ik had verwacht dat door zo’n planning de blogs vanzelf wel zouden komen. Maar dat viel tegen. Het is niet anders. Ik moet mijn eigen ding doen. Voor jou. Wat dat dan ook is.
Dat anderen mijn blog komen lezen, is wat mij uiteindelijk heeft doen vast lopen. Nu schrijf ik voor mezelf, voor wie ik in de toekomst zal worden — een soort van dagboek/naslagwerk zeg maar, en voor die ene speciale vriend die ik niet zoveel in levende lijve zie maar waarmee ik wel een stuk van mijn leven, mijn weten, mijn zijn en mijn liefde (voor) wil delen.
Gewoon doen — schrijven en delen — voor jezelf, voor die ander… ik ben welbeschouwd maar een toevallige passant. Die graag langs komt 🙂
Jij bent helemaal geen toevallige passant. Net als alle andere bezoekers die hier komen lezen. Jullie zijn me allemaal even lief. Alleen lukt mij het schrijven minder wanneer ik aan jullie allemaal (…) denk tijdens het schrijven. Naast mijzelf heb ik er daarom eentje uitgepikt (die het zelf wel weet) waartegen ik mijn verhalen vertel. Om me te kunnen focussen bij het schrijven. Zodat jullie uiteindelijk mijn verhalen kunnen lezen.
Fijn te horen dat je graag langs komt. Ik blijf mijn best doen dat vertrouwen niet te beschamen.