20140224 — maandag

Het was me nog niet eer­der opge­val­len maar sinds een aan­tal weken heb ik stee­vast op het ein­de van de dag een pluis­je in mijn navel. Dit pluis­je heeft niet altijd dezelf­de kleur. Op som­mi­ge dagen is het don­ker­blauw, dan weer grijs of bruin. Maar wel altijd is de kleur van het pluis­je gelijk aan het t‑shirt wat ik die dag onder mijn blou­se draag. Er zal dus hoogst­waar­schijn­lijk een moge­lijk ver­band zijn tus­sen pluis­je en t‑shirt voor wat betreft de kleur­stel­ling. De vraag blijft niet­te­min waar­om er aan het eind van de dag zo’n pluis­je huist in mijn navel. En waar­om mij dat nu pas opvalt.

Toen ik het pluis­je deze avond uit mijn navel wil­de halen viel mij nog iets anders op. Er zat een deuk in de vloer van de bad­ka­mer. Of pre­cie­zer, er zat een deuk in de lak­laag die aan­ge­bracht is op de hou­ten vloer om deze te bescher­men tegen vocht. Iets wat veel­vul­dig voor­komt in een bad­ka­mer. Wij ver­moe­den dat onze poets­vrouw de dader (daad­ster?) is. Sinds zij bij ons werkt heeft zij een spoor van deu­ken ach­ter­ge­la­ten. Niet om te lachen.

De deuk die ons het meest voor raad­sels zet is die in de voet van een staan­de lamp. We ont­dek­ten deze deuk aan het eind van een week toen de poets­vrouw niet was geweest. Niet eer­der had­den we de deuk opge­merkt. Natuur­lijk kan het zo zijn dat die deuk er altijd al was geweest en dat we het pas door toe­val op een bepaal­de dag zijn gaan zien. Maar dat zou ook kun­nen bete­ke­nen dat die pluis­jes in mijn navel er altijd al heb­ben geze­ten maar dat ik ze pas onlangs ben gaan zien. Aan dat idee moet ik nog erg wennen.