Vrijdag, 26 december 2014

Mijn Moment 2014

Iemand zei ooit tegen me dat ik eerst dat ene boek moest schrij­ven voor­dat ik aan het vol­gen­de kon begin­nen. Of iets in die trant. Ik was het er niet mee eens en daar­om weet ik niet meer pre­cies hoe het werd gezegd. Het kan ook zijn dat ik het niet wil­de horen omdat ik eigen­lijk wel wist dat het waar was. Feit is dat ik de exac­te bewoor­din­gen hier niet op kan roepen.

Begin dit jaar begon ik vol enthou­si­as­me met het schrij­ven aan wat mijn eer­ste roman zou gaan wor­den. Ik maak­te er zelfs een spe­ci­a­le pagi­na voor aan waar ik de vor­de­rin­gen kon delen en mis­schien zelfs wel goe­de feed­back zou krij­gen die ik ver­vol­gens weer kon ver­wer­ken. In de maan­den janu­a­ri en febru­a­ri schoot het goed op. Althans de struc­tuur die ik voor ogen had kreeg allengs meer vorm. En wat klei­ne opzet­jes voor ver­schil­len­de sleu­telsce­nes die ik in gedach­ten had werk­te ik in detail uit. Het ech­te schrij­ven moest toen nog steeds beginnen.

Tij­dens een paar dagen vrij­af ergens in april dacht ik er klaar voor te zijn. Toch nog wat besmuikt en zon­der het aan de gro­te klok te han­gen (de spe­ci­a­le pagi­na had ik offli­ne gezet) kreeg ik de eer­ste hoofd­stuk­ken in enke­le dagen tijd zon­der al teveel moei­te ‘op papier’. Daar­na liep ik vast. Hoe ik ook mijn best deed, alle ver­sies die volg­den leden aan het­zelf­de euvel: ik kreeg het ver­haal niet de kant op gestuurd waar­heen ik het wil­de heb­ben. Een ander ver­haal wil­de eerst ver­teld worden.

Uit­ein­de­lijk gaf ik toe.

Ruim een maand later lag mijn eer­ste boek voor me op tafel. Nie­mand die het wist. Hele­maal in mijn een­tje getypt, geprint, gere­di­geerd, gecor­ri­geerd en opnieuw geprint. Enzo­voort. Tot­dat ik er tevre­den over was. Nu was het dan zover.

Ik liet mijn hand over het titel­blad gaan. Het was vreemd om mijn naam daar te zien. Eén kant van het ver­haal. Mijn kant.

Bene­den hoor­de ik iemand de ach­ter­deur ope­nen en mijn naam roe­pen. Ik riep terug dat ik boven was. Het manu­script stop­te ik weg in de lade van mijn bureau en sloot de deur van de werk­ka­mer ach­ter me.

We zijn inmid­dels aan­ge­ko­men in decem­ber. De afge­lo­pen maan­den heb ik het druk­ker dan druk gehad op kan­toor. Van schrij­ven is niet veel terecht­ge­ko­men. Idee­ën heb ik ech­ter in over­vloed. Een nieu­we opzet voor een vol­gen­de roman ligt al te wach­ten in de ver­der geheel lege lade van mijn bureau. Niet lang nadat ik de defi­ni­tie­ve ver­sie van mijn eer­ste boek naar vol­ler tevre­den­heid had afge­rond heb ik het door de papier­ver­snip­pe­raar gehaald. Alle elek­tro­ni­sche ver­sies heb ik zorg­vul­dig gewist.

Niets staat mij nu nog in de weg bij het schrij­ven van mijn eer­ste twee­de boek.

~ ~ ~

Vorig jaar kreeg ik een uit­no­di­ging voor #mijn­mo­ment. Dit jaar niet. Dat vind ik jammer.


Reacties

  1. Raymond

    Mooi ver­haal, Peter! Ik gru­wel ener­zijds bij het idee dat je alle exem­pla­ren vernietigd/gewist hebt (ik zou altijd een digi­ta­le ver­sie bewa­ren voor mezelf) en ander­zijds wist het een lei schoon op een manier die je anders nooit zo schoon zou kun­nen krijgen.

    Oh en ik her­ken je afslui­ten­de opmer­king. Ik vind het niet heel vol­was­sen van mezelf maar baal toch een klein beet­je dat ik dit jaar ook geen uit­no­di­ging heb gekre­gen. Voelt toch als­of je ergens niet meer bij mag horen of zo.

    1. Peter Pellenaars

      Dank je, Ray­mond. Het is zoals je zegt, het moest geschre­ven wor­den om uit ‘mijn sys­teem’ te zijn. Het is ver­der voor nie­mand inte­res­sant, dus ik zag geen reden om het te bewaren. 

      Ja, ik vind het ook vreemd. Vorig jaar was ik blij ver­rast dat ik er ineens ‘bij hoor­de’, en nu min­stens even ver­rast (maar niet blij) dat het weer over is. Nou ja, ik heb ‘my moment of fame’ in ieder geval gehad 😉

      1. Raymond

        En zo is het natuur­lijk ook weer. Ik koes­ter ook echt de fij­ne reac­ties die ik op mijn moment van vorig jaar kreeg!

        1. Peter Pellenaars

          Die nemen ze ons mooi niet meer af!

  2. Steven Gort

    Per­soon­lijk zie ik. Dan geen fic­tie. Begrijp ik.

    Onbe­grij­pe­lijk. Voor mij. Een (wel­licht) pri­ma actie. Voor jou. Zo’n schrij­ven vernietigen.

    Hoe voor­kom je dat dat eer­ste twee­de boek ook in de ver­snip­pe­raar verdwijnt?

    1. Peter Pellenaars

      Het ver­wij­der­de boek was inder­daad meer per­soon­lijk dan fic­tie. En daar­om stond het mijn fic­tie schrij­ven in de weg.
      Voor­na­me­lijk wat onver­werkt ver­le­den was het wat ik ‘van me af moest schrij­ven’ zodat het niet tel­kens in een of ande­re vorm mijn fic­tie bleef bin­nen dringen.

      De hoop is nu dat ik elk vol­gend ver­haal zui­ver kan hou­den voor wat ik op dat moment wil schrij­ven. Of dat lukt is natuur­lijk maar de vraag.

  3. Anna

    *glim­lach* dat per­soon­lij­ke moe­ten schrij­ven om nadien ver­der te kun­nen… héél herkenbaar…

    Jam­mer van die uitnodiging 🙂

    1. Peter Pellenaars

      Her­ken­baar? Ver­tel! Vertel!

      Nee hoor, geintje.

  4. Elja

    Peter, ik dacht dat dit een stuk­je fic­tie was! Maar nu begrijp ik van niet! Het lijkt me lek­ker en ver­los­send om alles weg te gooi­en, eer­lijk gezegd. In zeke­re zin gaat dat met blog posts ook zo. Want, zeg ik tegen mezelf, het is natuur­lijk een illu­sie om te den­ken dat iemand ze nog weet te vin­den twee dagen na publicatie. 🙂

    Maar wat jam­mer inder­daad van #mijn­mo­ment. Ik weet niet hoe Henk-Jan zijn selec­tie maakt. Mis­schien op basis van men­sen met wie hij con­tact heeft gehad dit jaar? Ik heb geen idee. 

    Hoe dan ook, ik kwam eigen­lijk even langs om je te bedan­ken voor een prach­tig blogjaar. Ik heb weer geno­ten van je blog. Dankjewel.

    1. Peter Pellenaars

      Nee, het was zeker geen fic­tie. En het was inder­daad bedoeld als een soort van ver­los­sing. In alle eer­lijk­heid denk ik dat het nog lang geen goed boek was, maar als een sym­bo­li­sche daad (het van me afschrij­ven) was het voldoende.
      Wat betreft #mijn­mo­ment kan ik het wel begrij­pen. Het was ver­ras­send dat ik vorig jaar in aan­mer­king kwam, en daar heb ik van geno­ten. Maar voor de rest heb ik wei­nig te zoe­ken tus­sen de groep men­sen die er wel terecht voor in aan­mer­king komen. Ik kan er mee leven 😉

      En bedankt voor het langs­ko­men! Je bent altijd wel­kom in mijn beschei­den blog­gers­wo­ning. Ook in 2015. Laten we er weer een mooi nieuw blogjaar van maken met z’n allen. Ieder op haar/zijn manier. Blog­gers rule!