Zaterdag, 17 januari 2015

Diep in mijn hart lonkt nog altijd die brommer

Waar­schijn­lijk zal ik een jaar of twaalf, der­tien zijn geweest. Ik weet het niet meer pre­cies. Alleen dat het rond de tijd was dat we net waren ver­huisd naar ons nieu­we ouder­lijk huis wat het inmid­dels niet meer is. Maar dat is een ander ver­haal. Nu ga ik jul­lie iets ver­tel­len over een brom­mer en een klein kerel­tje die elkaar tegen­kwa­men toen het kerel­tje op een van zijn ver­ken­nings­toch­ten in de nieu­we buurt plots een cross­baan opfiets­te waar opge­scho­ten jon­gens opge­voer­de brom­mers bere­den. Stoer waren ze en ik was met­een jaloers. Of ik ook een keer­tje wilde?

De kor­te ver­sie is dat ik nog nooit op zo’n ding geze­ten had en veel te veel gas bleef geven. Ook in de bocht van de cross­baan waar ik met hoge snel­heid uit­vloog. Brom­mer en kerel­tje wis­ten het er met alle geluk van de wereld zon­der al te veel kleer­scheu­ren van­af te brengen.

De lan­ge ver­sie is dat ik sinds­dien nooit meer op zo’n ding gekro­pen ben. Ik ver­klaar het altijd door te zeg­gen dat ik hele­maal niets geef om de gemo­to­ri­seer­de ver­sie van ver­voers­mid­de­len. Maar diep in mijn hart is er nog steeds dat kerel­tje dat graag weg zou rij­den op zo’n opge­voer­de brom­mer. Het is daar­om dat ik in het geniep toch begon­nen ben aan de serie Sons of Anar­chy over de gelijk­na­mi­ge motor­club. Ook omdat ik soms geen zin meer heb om altijd net­jes vol­gens de regels te leven. Even­tjes maar. Dan is die anar­chis­ti­sche bui weer voorbij.