50books – jaar 2015 – vraag 5
Als blogger schrijf je ongemerkt heel wat weg zonder dat je je daar echt bewust van bent. Zeker wanneer je over de jaren heen meerdere keren per week een stukje online zet bouw je gaandeweg een ‘impossant’ oeuvre op. Bij toeval las ik deze week de term ‘egodocument’ en moest toen denken aan Jacques Presser. Ik wist niet meteen waarom, pakte daarom op goed geluk uit de kast het boekje Louter verwachting en las op de achterflap:
Juist in zijn laatste jaren — hij stierf op 30 april 1970 — hield J. Presser zich nog intens bezig met het ego-document, term die hij trouwens zelf bedacht.
Aha, logisch dat zijn naam mij te binnen schoot. Op internet vond ik niet veel later deze omschrijving voor wat Presser in gedachten had met de term egodocument:
… ‘die historische bronnen waarin de gebruiker zich gesteld ziet tegenover een “ik” als schrijvend en beschrijvend subject’. Het woord egodocument is al spoedig opgenomen in de Nederlandse taal. Het is immers een praktische verzamelnaam voor zulke uiteenlopende teksten als dagboeken, autobiografieën, memoires, persoonlijke brieven, en reisverslagen, die ondanks hun uiteenlopende vorm toch onder één noemer gebracht kunnen worden.
[Egodocumenten tot 1814, R.M. Dekker]
Wanneer vandaag de dag deze definitie opnieuw gemunt zou moeten worden dan lijkt het me logisch dat een weblog daar vanzelfsprekend ook onder valt.
Of het gezond is vraag ik me af, maar ik moet bekennen (egodocumenten worden ook wel bekentenisliteratuur genoemd) dat ik regelmatig door mijn eigen blogposts blader. Soms is het om iets op te zoeken, soms blijf ik hangen in stukken tekst waarvan ik niet meer wist dat ik het ooit geschreven heb en een andere keer lees ik de reacties die ik toch nog altijd beschouw als de kersen op de taart. Statistieken doen me niets, ik schrijf voornamelijk voor mezelf maar bij tijd en wijle een reactie mogen ontvangen blijft bijzonder.
Bij dit reflecteren op mijn blog valt me op dat er periodes zijn dat ik wat meer inzicht geef in mijn persoonlijke doen en laten dan op andere momenten. Ook de laatste tijd lijkt dat het geval te zijn. Omdat ik door (werk)omstandigheden wat minder tijd aan lezen en bloggen kan besteden, beperken mijn blogposts zich tot korte updates waar ik me die dag mee heb beziggehouden. Eerder dagboeknotities dan blogposts zoals ik voor ogen had toen ik ooit begon met te bloggen. Mijn idee (beetje hoogdravend, zoals bij alle initiatieven die ik van plan ben) was om doorwrochte essays te schrijven met kwinkslagen, verwijzingen naar andermans werk en onderbouwde meningen, welke ook nog eens literair-technisch goed in elkaar staken. Ja, zeg maar niets.
Inmiddels weet ik beter.
Een verloren dag, op een beetje studie na dan. ’s Morgens moest ik naar het gerecht omdat we weigerden een ledikant, dat een zatlap van een timmerman onbesteld voor ons had gemaakt, af te nemen.
Vervolgens begeleidde ik Tine naar de tandarts omdat ze een kunsttand moest laten maken voordat ze weer kon optreden. De man leek met zijn gladgekamde haar en zijn sluwe Augustkop in lichaamsbouw en gestiek ongelooflijk op uitgever Campe in Hamburg. De manier waarop hij zich gedroeg gevoegd bij het feit dat een levend organisme, een in de bloei van zijn jeugd verkerend mensenlichaam, als vanzelfsprekend opknapte, maakten op mij een onwezenlijke indruk die zich verloor in de sfeer van het mysterieuze, en die associaties in me wekte met een homunculus.
[Dagboekfragment Friedrich Hebbel — 1 februari 1847 — Wenen;
p.41, 365 schrijvers over de wereld en zichzelf.]
Een dagboeknotitie hoeft in de verste verte niet onder te doen voor een zorgvuldig opgesteld essay. Het is daarom dat ik met zulk plezier en bewondering de dagboeken lees van personen die in staat zijn om in de manier waarop zij weergeven hoe zij de dagen hebben ondergaan het alledaagse weten te ontstijgen. Ik beschouw het als een kunst op zich en gelukkig zijn er legio voorbeelden van opgenomen in de wereldliteratuur. En daarom ben ik vandaag benieuwd hoe jullie aankijken tegen dit speciale genre.
vraag 5
Wat hebben jullie met (literaire) dagboeken?
Ben jij net zoals ik een liefhebber van deze unieke variant binnen de egodocumenten of sla je ze liever over omdat je uiteindelijk niet zozeer geïnteresseerd bent in het persoonlijke leven van een schrijver en/of historisch persoon maar meer in zijn/haar daden? Vind je het misschien onfatsoenlijk te lezen over intieme ontboezemingen of denk je dat het geen kwaad kan omdat de dagboekschrijver tenslotte (in de meeste gevallen) toestemming heeft gegeven ze te openbaren. Het kan natuurlijk ook zijn dat je achterdochtig bent richting deze dagboeken vanwege het feit dat veelal de dagboekschrijver bij voorbaat al met het idee speelde dat later zijn schrijfsel gepubliceerd zouden gaan worden. Maar is dat erg?
Zoals altijd ben ik weer erg benieuwd naar jullie invulling. Veel plezier tijdens het schrijven.
4 reacties
Wisselende ervaringen. http://wisselendtij.nl/getijde/index.php/archives/1815
Helaas, ik ben geen liefhebber. Hier lees je waarom: http://www.drspee.nl/50books-vraag-5-egodocument/
Ook weer best een lastige: http://niekheefteenboek.blogspot.nl/2015/02/50books-201505.html
Je zet ons wel aan het werk. 🙂
Je zet ons aan het werk én aan het denken. Alweer een dubbel gevoel bij deze vraag: https://www.facebook.com/notes/mirjam-de-graaf/50books-vraag-5-wat-heb-je-met-literaire-dagboeken/10152645656780036
(en de foto: http://img.ly/images/8866433/full)