De zes levens van Sophie — Sarah Meuleman

De gruwel wil beschreven

Er zijn van die boe­ken waar­van ik weet dat het beter is om vlak voor het ein­de af te haken. Het was mooi geweest, heel mooi zelfs, maar ver­der lezen zal dit goe­de gevoel alleen maar beder­ven. Niet altijd is me dui­de­lijk waar­om ik dit denk. Of waar deze drang van­daan komt. Plots is het er. Bij het omslaan van een blad­zij­de of bij het begin van een nieu­we ali­nea. Eerst een aar­ze­ling. Ik merk dat ik opkijk van het boek. Dan schud ik licht­jes met mijn hoofd als om de ver­sto­ren­de gedach­ten te laten ver­waai­en en pro­beer ver­der te lezen. Maar er is iets ver­lo­ren gegaan. De hech­ting met het ver­haal is ver­dwe­nen. We zijn niet meer één.

Toch lees ik altijd door tot het ein­de. Ik zou geen voor­beel­den weten van boe­ken waar ik daad­wer­ke­lijk kort voor het ein­de defi­ni­tief ben gestopt. Er blijft die nieuws­gie­rig­heid om te ont­dek­ken of ik gelijk had. Was het inder­daad beter geweest om niet ver­der te lezen? Het ant­woord is helaas al te vaak beves­ti­gend. Slechts in een enkel geval weet de auteur mij op het aller­laatst toch nog posi­tief te ver­ras­sen en ben ik blij dat ik geen gehoor heb gege­ven aan mijn inner­lij­ke stem. Daar doe ik het uit­ein­de­lijk voor. Ik ben nog steeds van mening dat je pas kunt oor­de­len over een boek wan­neer je het hele­maal gele­zen hebt.

Dus toen ik op blad­zij­de 264 mijn beden­kin­gen kreeg bij De zes levens van Sop­hie door Sarah Meu­le­man zat er niets anders op dan stug de res­te­ren­de twin­tig blad­zij­des te lezen. En nu moet ik zien dat mijn waar­de­ring van het boek niet al teveel over­scha­duwd wordt door dat in mijn ogen te gefor­ceer­de slot­ak­koord. Want zoals dat gaat met slot­ak­koor­den, die gal­men het lang­ste na.

In De zes levens van Sop­hie vol­gen we Han­nah. Zij is een suc­ces­vol­le col­lum­nis­te in New York die ver­slag doet over het gla­mour­le­ven van de jet­set. Maar bij aan­vang van het boek wordt al snel dui­de­lijk dat Han­nah dit leven ach­ter zich heeft gela­ten en een radi­ca­le omme­zwaai heeft gemaakt. Han­nah wil name­lijk een boek schrij­ven over enke­le schrijf­sters die ieder voor zich op mys­te­ri­eu­ze wij­ze zijn ver­dwe­nen. Wat we tevens te weten komen is dat Han­nah een geheim met zich mee­draagt uit de tijd dat ze als twaalf­ja­rig meis­je nog in Bel­gië woon­de en dik­ke vrien­din­nen was met Sop­hie. Ook deze Sop­hie is op een dag spoor­loos verdwenen.

De ver­schil­len­de ver­haal­lij­nen wor­den door Sarah Meu­le­man haast paral­lel aan elkaar via kor­te hoofd­stuk­jes gebracht. Het gevolg is dat de lezer alert moet blij­ven en elke keer opnieuw dient te scha­ke­len naar de juis­te per­so­na­ges en han­de­lin­gen. En hoe­wel Meu­le­man deze con­struc­tie vaar­dig in elkaar heeft gezet haalt het op som­mi­ge momen­ten toch de vaart uit het ver­haal of leidt het tot ver­war­ring wan­neer je er na enke­le alinea’s ach­ter komt dat je het ver­keer­de per­so­na­ge in gedach­ten had. Daar staat tegen­over dat juist door deze vorm van beur­te­lings flash­backs over Sop­hie en de schrijf­sters afge­wis­seld met de moei­lijk­he­den die Han­nah in New York heeft er over­een­kom­sten naar de opper­vlak­te komen die anders niet zou­den opvallen.

Want zoals het er alle schijn van heeft dat het tus­sen Han­nah en Sop­hie de ver­keer­de kant op is gegaan, dreigt het nu ook ver­keerd af te lopen met Han­nah na de wel­haast impul­sie­ve keu­ze die ze heeft gemaakt om met alles te bre­ken. Het lukt haar maar niet om een goe­de start met haar boek te maken en ze begint zich­zelf te ver­waar­lo­zen. Drugs houdt haar op de been maar heeft tege­lij­ker­tijd het hal­lu­ci­ne­ren­de effect dat zij grip op de rea­li­teit ver­liest. Pas­sa­ges uit het leven van de schrijf­sters die zij als onder­werp voor haar boek heeft uit­ge­ko­zen lij­ken zich te ver­men­gen met de uit­zicht­lo­ze situ­a­tie waar­in zij terecht­komt. Voor ons blijft het tot het ein­de toe raden naar wat er pre­cies tus­sen Han­nah en Sop­hie is voor­ge­val­len, maar het staat als een paal boven water dat Han­nah kei­hard gecon­fron­teerd wordt met de keu­zes die ze toen heeft gemaakt en dat ze er nu als­nog aan ten onder dreigt te gaan.

Het knap­pe aan de schrijf­stijl van Meu­le­man en de manier waar­op ze het ver­haal brengt is dat het voor mij eigen­lijk niet uit­maakt wat er gebeurd is, lang gele­den in Bel­gië tij­dens alle com­mo­tie rond­om de gru­we­len van Marc Dutroux die toen aan het licht kwa­men. Er is iets mis met Han­nah, net zoals er iets mis was met de schrijf­sters waar­door ze gefas­ci­neerd is geraakt. Geplaagd door depres­sies of ande­re vor­men van ‘Welt­schmerz’ lukt het hen niet zich te schik­ken in hun lot, wat dat dan ook is. Zal Han­nah hun voor­beeld vol­gen als­ook dat van Sop­hie en op een dag beslui­ten te ver­dwij­nen? Wat mij betreft was dit, bin­nen de con­text van de ver­tel­ling, een bevre­di­gen­de invul­ling geweest.

Sarah Meu­le­man besloot ech­ter anders en komt met een afron­ding aan­zet­ten die mij niet weet te over­tui­gen. Gedeel­te­lijk omdat ik het niet hele­maal snap (zon­der de plot te ver­klap­pen kan ik daar ech­ter nu niet ver­der op in gaan) ech­ter voor­al omdat ik het te gekun­steld vind over­ko­men. Ergens jam­mer, maar al het voor­gaan­de in ogen­schouw nemend kan ik er mee leven. Op de laat­ste twin­tig blad­zij­des na heb ik vol­doen­de moois gele­zen in deze over­tui­gen­de debuutroman.

Daar­om als laat­ste een voor­beeld van een prach­ti­ge zin (het boek staat er vol mee) die er voor mij uit­sprong en ook nog eens de kern raakt:

De gru­wel wil beschre­ven, pijn is dol op taal.

[p.50, De zes levens van Sop­hie, Sarah Meuleman]

Bel­gië, jaren negen­tig, het tijd­perk-Dutroux. Han­nah en Sop­hie zijn twaalf en delen alles met elkaar, zoals alleen twaalf­ja­ri­ge meis­jes dat kun­nen. Als Han­nah valt voor de cha­ris­ma­ti­sche Dami­aan, ver­an­dert hun vriend­schap. Dan, na een nach­te­lijk dorps­feest, komt Sop­hie niet meer thuis.
Acht­tien jaar later woont Han­nah in New York. Ze is suc­ces­vol als colum­nist voor een mode­blad, maar besluit het roer dras­tisch om te gooi­en. Ze trekt zich terug in een kamer in Brook­lyn om een bio­gra­fie te maken over beroem­de schrijf­sters: Agat­ha Chris­tie, Bar­ba­ra Fol­lett, Vir­gi­nia Woolf. Drie vrou­wen die wor­stel­den met vra­gen over fami­lie, trouw en ambi­tie; drie schrijf­sters die op een dag spoor­loos verdwenen.

De zes levens van Sop­hie
Sarah Meu­le­man
Uit­ge­ver Leb­ow­ski
ISBN 9789048820627