Eerder deze avond zag ik de geweldige film No country for old men van de Coen Brothers. In de uitgestrekte woestijn van Texas is bij een uit de hand gelopen drugsdeal zo’n beetje iedereen neergeschoten en een jager die per toeval op deze onheilsplek arriveert gaat er met de buit vandoor. Het duurt echter niet lang voordat hij een meedogenloze huurmoordenaar achter zich aan krijgt waardoor hij gedwongen is hals over kop te vluchten. Zijn vrouw zet hij op de bus naar haar moeder.
De plaatselijke sheriff die zeker weet dat de man geen schijn van kans heeft om uit handen te blijven van zijn achtervolger met psychopatische trekjes zoekt contact met de vrouw. Om haar ervan te overtuigen dat het beter is dat haar man zich zo snel mogelijk overgeeft aan de politie vertelt hij een verhaal over de slager Charlie Walser die tijdens het doden van een stier gewond raakt door zijn eigen geweer. Als metafoor om aan te geven dat geen enkele afloop vooraf vastligt.
Later belt de vrouw naar de sheriff omdat ze het vermoeden heeft dat haar man gewond is. Ze wil weten of de politie daadwerkelijk kan helpen. Tijdens het gesprek herinnert ze de sheriff aan zijn verhaal over Charlie Walser:
Sheriff, was that a true story about Charlie Walser?
Who’s Charlie Walser? Uh! Oh…
Um…
True story.
I couldn’t swear to every detail…
But it’s certainly true it is a story.Yeah, right.
Het zijn zulke details die het geheel doen glinsteren zonder dat je het meteen in de gaten hebt.