20150922

Dwaalwegen — 2 (manen)

Van mijn plan om na terug­komst uit de VS ver­der te gaan lezen in Zen and the Art of Motor­cy­cle Main­tenan­ce komt niet veel terecht. Ik blijf han­gen in 1q84 van Mura­kami. En ik blijf eruit wegdwa­len.

Deze keer van­we­ge de twee manen.

In 1q84 vol­gen we twee ver­haal­lij­nen die afwis­se­lend ver­teld wor­den. In de ene is Ten­go (part­ti­me wis­kun­de­le­raar, part­ti­me schrij­ver) de hoofd­per­soon, en in de ande­re is dat Aoma­me (part­ti­me fit­nes­sin­struc­tri­ce, part­ti­me huurmoordenares).

Op een dag merkt Aoma­me dat de wereld waar­in zij leeft niet meer pre­cies aan­voelt als voor­heen. Het lijkt als­of er onmerk­baar klei­ne ver­an­de­rin­gen zijn die gelei­de­lijk aan voor haar zicht­baar wor­den. Tot het moment dat zij zich plots bewust wordt van het feit dat er niet één maar twee manen aan het fir­ma­ment staan:

[…] she began to sen­se that the night sky she saw abo­ve her was somehow dif­fe­rent from the sky she was used to see­ing. The stran­ge­ness of it was subt­le but unde­nia­ble.
Some time had to pass befo­re she was able to grasp what the dif­fe­ren­ce was. And even after she had gras­ped it, she had to work hard to accept it. What her visi­on had sei­zed upon, her mind could not easi­ly con­firm.
The­re were two moons in the sky — a small moon and a lar­ge one.

[p.246, 1q84, Haruki Marukami]

Ook bij Ten­go zien we de twee manen terug­ko­men. Alleen op een ande­re manier. Hij beschrijft ze zelf. Eerst in een manu­script dat hij redi­geert voor iemand anders, daar­na in zijn eigen roman. Op ver­zoek van zijn uit­ge­ver geeft hij extra aan­dacht aan de uit­wer­king van deze twee manen:

Kom­at­su rai­sed the hand that had a ciga­ret­te tuck­ed bet­ween the fin­gers. “Think of it this way, Ten­go. Your rea­ders have seen the sky with one moon in it any num­ber of times, right? But I doubt they’­ve seen a sky with two moons in it side by side. When you intro­du­ce things that most rea­ders have never seen befo­re into a pie­ce of fic­ti­on, you have to descri­be them with as much pre­ci­si­on and in as much detail as pos­si­ble. What you can eli­mi­na­te from fic­ti­on is the descrip­ti­on of things that most rea­ders have seen.”

[p.216, 1q84, Haruki Marukami]

De goe­de lezer1 zal direct opmer­ken dat het citaat met Ten­go zich eer­der afspeelt dan het citaat met Aoma­me. Wat dat pre­cies bete­kent, daar ben ik nog niet uit.

Het gege­ven van de twee manen blijft gere­geld terug­ko­men en tel­kens als ik erover las hoor­de ik muziek op de ach­ter­grond. Eerst nog zacht maar gelei­de­lijk aan lui­der en her­ken­baar. De woor­den die erbij hoor­den ble­ven ech­ter weg.

Tot van­avond. Opnieuw ziet Aoma­me de twee manen van­af haar balkon:

One night near the end of July, the thick clouds that had long cover­ed the sky final­ly clea­red, reve­a­ling two moons. Aoma­me stood on her apartment’s small bal­co­ny, loo­king at the sky. She wan­ted to call some­o­ne right away and say, “Can you do me a favor? Stick your head out the win­dow and look at the sky. Okay, how many moons do you see up the­re? Whe­re I am, I can see two very clear­ly. How about whe­re you are?”

[p.427, 1q84, Haruki Marukami]

Ik wacht­te even met ver­der lezen omdat ik wist dat de muziek zou komen. Die kwam. Samen met de zang van Roger Waters:

the sun is in the east
even though the day is done
two suns in the sunset
hmmmmmmmmm
could be the human race is run

Bij­na goed. Geen twee manen maar twee zon­nen. Toch eens opzoe­ken wat daar nu weer de bete­ke­nis van is.


  1. En plots zit ik weer in Wat we zien als we lezen en wel hierom:
    Dickens:
    De man … neemt … zijn dub­bel­tje in ont­vangst, gooit het op, vangt het op de rug van zijn hand en verdwijnt.
    Nabok­ov:
    Dit gebaar, dit éne gebaar, met de toe­voe­ging ‘op de rug van zijn hand’ — iets onbe­dui­dends — maar de man leeft voor altijd voort in het hoofd van een goe­de lezer.
    […]
    Is het je opge­val­len dat Nabok­ov in de voor­gaan­de pas­sa­ge aan een ‘goe­de lezer’ refereert?
    [p.138–139, Wat we zien als we lezen, Peter Men­dels­und]