Woensdag, 13 januari 2016

All in the family…

Je ver­zint ’t niet. Van­mid­dag werd er aan­ge­beld ter­wijl Inge thuis zat te wer­ken. Aan de deur stond de doch­ter van de over­bu­ren samen met haar man. Ze vroe­gen of Inge de eige­naar was van een brui­ne Ford C‑Max die in de straat gepar­keerd stond.

Dat was zo. Helaas.

Met het inpar­ke­ren waren ze er vol­op tegen­aan gere­den. Alle par­keersen­so­ren en filmcamera’s die in hun auto gemon­teerd waren had­den dit niet kun­nen ver­hel­pen. Toen Inge samen met hen ging kij­ken wat de scha­de was leek het eerst mee te val­len. Flin­ke kras­sen op de zij­kant en bum­per, dat wel. Maar ver­der geen vreem­de din­gen. Tot­dat ze wat afstand nam en zag dat de kant waar tegen­aan gere­den was toch wat schuin leek te staan ten opzich­te van de rest. Hope­lijk is dat niet het geval.

Tij­dens het door­ne­men van de scha­de­for­mu­lie­ren her­in­ner­de Inge zich bij het zien van de fami­lie­naam van de doch­ter een voor­val van enke­le jaren gele­den. Opnieuw werd er aan­ge­beld ter­wijl zij thuis aan het werk was. Het waren de over­bu­ren zelf die toen op de stoep ston­den. Of Inge de eige­naar was van een blau­we Ford C‑Max die in de straat gepar­keerd stond. Dat was zo.

Afijn, de rest van dat ver­haal laat zich raden. Helaas.