20161109

The unpopular vote

Een van de eer­ste din­gen die ik ’s och­tends doe is het nieuws chec­ken. Vluch­tig de head­lines door­ne­men. Zo ook deze och­tend. Slaap­dron­ken bla­der­de ik door de berich­ten op mijn smartpho­ne en waan­de me in een alter­na­tie­ve geschie­de­nis alwaar we als­nog gecon­fron­teerd wer­den met de ‘wat als’ Donald Trump ver­ko­zen zou zijn tot pre­si­dent van de Ver­e­nig­de Sta­ten. Maar ik droom­de niet. Met stij­gen­de ver­ba­zing las ik hoe Trump de ene kies­man na de ande­re bin­nen­haal­de ter­wijl Hil­la­ry Clin­ton haar voor­sprong op stem­men behield zon­der dat het haar een over­win­ning ging bren­gen. Uit­ein­de­lijk zou in de loop van de dag dui­de­lijk wor­den dat de 236.000 extra kie­zers die op Clin­ton had­den gestemd des­on­danks niet vol­doen­de waren om haar de eer­ste vrou­we­lij­ke pre­si­dent van de VS te maken. Lang leve het Ame­ri­kaan­se kies­sys­teem! Clin­ton rest­te slechts de zoge­naam­de ‘popu­lar vote’, en hoe cynisch ach­ter­af bezien dat deze poe­del­prijs naar de kan­di­daat is gegaan die gedu­ren­de de gehe­le cam­pag­ne te horen kreeg dat ze niet popu­lair genoeg was.

Wat vol­gens mij inder­daad een van haar groot­ste pro­ble­men was in de ver­kie­zings­strijd met Trump. Een over­groot deel van de Ame­ri­kaan­se bevol­king ver­trouwt haar niet.

Hil­la­ry Clin­ton was a fla­wed can­di­da­te but a resi­lient, intel­li­gent, and com­pe­tent lea­der, who never over­ca­me her ima­ge among mil­li­ons of voters as unt­rust­wort­hy and entit­led. Some of this was the result of her ingrown instinct for sus­pi­ci­on, devel­o­ped over the years after one bogus “scan­dal” after ano­ther. And yet, somehow, no mat­ter how long and com­mit­ted her ear­nest public ser­vi­ce, she was less trusted than Trump, a flim-flam man who che­a­ted his cus­to­mers, inves­tors, and con­trac­tors; a hol­low man who­se count­less sta­te­ments and beha­vi­or reflect a human being of dis­mal qualities—greedy, men­da­cious, and bigo­t­ed. His level of ego­tism is rare­ly exhi­bi­ted out­si­de of a cli­ni­cal envi­ron­ment.
[An Ame­ri­can Tra­ge­dy, David Rem­nick , Novem­ber 9, 2016, The New Yorker]

Alleen heb ik niet het idee dat al die kie­zers die een stem op Trump heb­ben uit­ge­bracht dat deden om Clin­ton een hak te zet­ten. Nee, ik denk dat deze kie­zers het gewoon eens zijn met dit wereld­beeld uit­ge­dra­gen door Trump. Waar­bij we ons niet in de luren moe­ten laten leg­gen door het eti­ket van patri­otis­me wat men geneigd is te gebrui­ken waar­door zij zich tot Trump voe­len aan­ge­trok­ken. Donald Trump is racis­tisch, vrouw­on­vrien­de­lijk, en boven­al agres­sief, res­pect­loos en haat­dra­gend naar ieder­een die het niet met hem eens is. Je hoeft er geen moei­te voor te doen om hier tal­rij­ke voor­beel­den van te vin­den. Hij schaamt zich ner­gens voor. Wat zijn aan­han­gers dan weer prach­tig vin­den. Ze smul­len ervan. Omdat ze het­zelf­de den­ken. Het­zelf­de in elkaar zit­ten. Ver­bon­den in een geza­men­lij­ke afkeer tegen ieder­een die niet past in hoe zij de wereld bezien. Waar­bij het tegen­woor­dig ook nog eens de norm is dat alles geoor­loofd is om deze afkeer te laten blijken.

Niet lang gele­den viel er een exem­plaar van De Gids bij ons op de deur­mat en van­af de voor­pa­gi­na schreeuw­de Trump mij toe. Dacht ik. Omdat ik las:

Wie niet voor mij is ver­gist zich deerlijk

Wie mij hin­dert heeft een groot probleem

Wie zich ver­heft zal val­len tot hij breekt

De tekst bleek een citaat uit de ope­ra ‘Who’s afraid of Orfeo?’ door Piet Ger­bran­dy. Het was dan wel niet Trump die het zei, maar het vat tref­fend samen waar het bij hem en zijn geest­ver­wan­ten om draait:

  • een onvoor­waar­de­lijk geloof in eigen gelijk en kunnen
  • een niets­ont­zien­de vast­be­ra­den­heid om alles uit de weg te rui­men wat dat eigen gelijk en kun­nen in de weg staat

Ik vind dat eng. Voor­al omdat Trump bin­nen­kort deze ego­cen­tri­sche visie voort­aan kan uit­dra­gen van­uit het Wit­te Huis. Met een Senaat en Con­gres ach­ter hem waar momen­teel de Repu­bli­kei­nen de mees­te zetels bezet­ten. Zal ‘zijn’ par­tij1 hem in toom weten te hou­den? Of vin­den die het eigen­lijk wel goed zo? Wie weet denkt men op basis van de ver­kie­zings­uit­slag dat dit de nieu­we wer­ke­lijk­heid is. Dat ‘het poli­tie­ke spel’ voort­aan aan nieu­we regels gehoor­zaamt. Regels die Trump ogen­schijn­lijk beter weet te door­gron­den dan enig ander in zowel de Repu­bli­kein­se als de Demo­cra­ti­sche par­tij getui­ge zijn klin­ken­de over­win­ning die wei­ni­gen zagen aankomen.

Waar het naar toe gaat is mij vol­sla­gen ondui­de­lijk, maar hele­maal gerust ben ik er niet op nu een mega­lo­ma­ne man als Donald Trump dit voor elkaar heeft weten te krij­gen. Voor hem is het een zoveel­ste beves­ti­ging dat hij over­al mee weg­komt en in zijn ogen de juis­te din­gen doet en zegt. Voor veel poli­ti­ci (of wat daar­voor door mag gaan) in de rest van de wereld zal hij als een rol­mo­del gaan fun­ge­ren om hun aspi­ri­ties op veler­lei gebied meer kracht bij te zet­ten omdat ze weten dat er vol­doen­de kie­zers­po­ten­ti­eel voor­han­den is dat hen zal steu­nen. Nog meer dan anders blijft het nood­zaak om ze te blij­ven hin­de­ren. Ze ver­gis­sen zich name­lijk wel dege­lijk. En ze zijn niet in de meerderheid.


  1. Eigen­lijk heb ik geen enke­le illu­sie dat Trump zich ook maar iets gele­gen laat zijn aan wat men van hem vindt bin­nen de par­tij, indach­tig ‘Wie niet voor mij is …’.