Deze avond was het een stuk koeler dan vrijdagavond. Om precies te zijn: 8C. En daarbij regende het nu ook nog eens lichtjes. Kortom, ideale weersomstandigheden voor een rondje rennen. Ditmaal was het plan om niet op mijn hartslag te letten maar het eerste gedeelte (4km) rustig te lopen in een constant tempo van net onder de 6 minuten per kilometer, en dan het tweede gedeelte het tempo op te voeren.
Zo gepland, zo gerend.
Vergeleken met precies hetzelfde rondje op vrijdagavond ging het dit keer beduidend sneller en met een veel betere hartslag. Omdat ik een soort van vliegende start had (vanuit huis naar het startpunt 300m verder gejogd en toen meteen gaan rennen zonder warming up) was mijn hartslag wel hoger dan vrijdag. Dat was slechts van korte duur. Bij de tweede kilometer waren beide hartslaggemiddeldes precies gelijk. Daarna bleef mijn hartslag vanavond bij een regelmatig tempo van rond 5:50 minuten per kilometer stabiel op gemiddeld 145.
Wat een verschil met vrijdag!
Toen schoot mijn hartslag door de 200 grens terwijl ik bijna een minuut per kilometer langzamer liep. Het kan niet anders dan dat de hoge temperatuur de oorzaak moet zijn.
Wat ook vermeldenswaardig is, is de tempoversnelling die ik vanavond wist door te voeren. Wat me vrijdag niet lukte ging nu soepeltjes. In het tweede gedeelte van mijn rondje liep ik elke kilometer sneller dan de vorige, om te eindigen in een tempo van 5:08 minuten per kilometer. Niet supersnel, wel weer een stukje sneller dan eerdere pogingen. Dat op het laatst mijn hartslag opnieuw door de 200 grens ging vind ik niet erg. Tenslotte was ik bezig met een eindsprint.
Hoewel ik nog lang niet tevreden ben over mijn resultaten in de hartslagzones ziet het er gelukkig al een stuk beter uit. Liep ik vrijdag 81% in de sprint zone, nu is dit al gezakt naar 53%. Gecombineerd met 38% in de snelheid zone geeft dit een veel realistischer beeld van mijn huidige loopconditie dan twee dagen geleden. De volgende uitdaging is om mijn gemiddelde hartslag nog meer richting de conditie zone te laten zakken bij een tempo dat onder de 6 minuten per kilometer blijft.