Zaterdagochtend
In de vroege ochtend werd ik opgehaald voor een ritje richting Alba county. De eerste stop zou zijn bij het plaatsje Colțești, waar we in de heuvels een oud fort zouden opzoeken. Volgens Google Maps was de verwachting om er zo’n anderhalf uur over te doen, maar in de praktijk bleek dat toch anders te zijn. In totaal waren we meer dan twee uur onderweg wat voornamelijk te wijten was aan de erbarmelijke staat van de wegen. Er zijn hooguit een viertal snelwegen in Roemenië die je alleen met de beste wil van de wereld kunt vergelijken met de standaard kwaliteit van onze secundaire wegen. Voor de rest moet je maar afwachten wat de gesteldheid is. Het kan zomaar dat je enkele kilometers een prima wegdek hebt met hooguit wat kleine gaten, om dan plots over te gaan op stukken ruw asfalt of in het slechtste geval helemaal geen asfalt maar zand en grind.

We parkeerden de auto aan de rand van het dorp en namen nog een slok water voordat we vertrokken voor onze eerste wandeltocht. Het fort hadden we vanaf de doorgaande weg in de verte kunnen zien maar nu wat het aan ons oog ontrokken. Pas toen we op een plateau aankwamen zagen we in de verte de contouren boven een heuvel uitsteken. Hoewel het pad tot nu toe niet echt steil was moesten we even op adem komen. Er stond geen zuchtje wind. Binnen de kortste keren liep het zweet over mijn voorhoofd alsof ik rennend de heuvel op was gekomen.






Het laatste gedeelte was wel steil en met mijn schoenen die niet voor dit terrein geschikt waren gleed ik regelmatig weg. Voorzichtig zocht ik naar vaste ondergrond om niet naar beneden te schuiven met mijn camera in de hand. Eenmaal boven was het genieten van het geweldige uitzicht maar bleef het link omdat er geen enkel onderhoud bij het fort geregeld is. Overal lagen rotsblokken en stenen die het moeilijk maakten om het fort in z’n geheel goed te kunnen bekijken.



Vanaf deze plek was de berg goed te zien die we in de namiddag op het programma hadden staan. Maar het was al laat vanwege de lange autorit en ook de wandeltocht nam meer tijd in beslag omdat ik op mijn schoenen niet lekker kon doorlopen. Dus het leek er niet op dat we vandaag naar de top van die berg zouden gaan. Hooguit tot halverwege.

Maar eerst was het plan om in het dorp beneden een restaurant op te zoeken voor een welverdiende lunch.

Op de weg terug naar de auto viel me nu pas hoe vervallen sommige van de huizen waren. Veel van de jeugd trekt weg uit deze dorpen waar een hoop armoede heerst. De achterblijvers ontbreekt het aan voldoende geld om hun huizen in goede staat te houden. De verwachting is dat in de nabije toekomst de ‘nieuwe rijken’ hier hun vakantiehuisje plannen en de oorspronkelijke bewoners langzaam maar zeker wegtrekken naar elders omdat het dan helemaal te duur wordt.





Aan de andere kant van het dorp stond een Hongaars restaurant waarvan we eerst dachten dat het volledig gerestaureerd was. Maar het bleek nieuwbouw (uit 2005) te zijn. De goulash, geserveerd in traditionele hangpannetjes smaakte er niet minder om. En ook hier hadden we weer een adembenemend zicht op de berg die we spoedig gingen opzoeken nadat het eten een beetje was gezakt.

