De kat en het spek

Eer­ste deel – Drie­ën­der­tig­ste hoofdstuk:

Waar­in het ver­haal van de Onge­past Nieuws­gie­ri­ge ver­teld wordt

Ja, ik weet het. Mijn oprech­te excu­ses voor de lan­ge blog­pau­ze voor wat betreft de avon­tu­ren van Don Qui­chot. Sinds eind maart geen upda­tes meer. Ik kijk er zelf ook van op. Het boek heeft hier al die tijd op mijn bureau gele­gen maar het kwam er niet van en ik had er ook niet altijd zin in om ver­der te lezen. Dit week­end wel, dus wie weet gaat het mij weer luk­ken om iede­re zon­dag een nieuw hoofd­stuk te delen. Met betrek­king tot het eer­ste deel ben ik tot ruim over de helft gevor­derd. Slechts zeven­tien hoofd­stuk­ken (weken) te gaan. Waar­na er nog eens vierenen­ze­ven­tig hoofd­stuk­ken in het twee­de deel staan te wachten. 

‘Wel goed, luis­tert dan allen; het ver­haal begint als volgt.’

Met deze woor­den ein­dig­de het vori­ge hoofd­stuk. De pas­toor, die enke­le hand­ge­schre­ven vel­len papier van de her­ber­gier in han­den heeft, afkom­stig uit een ach­ter­ge­la­ten valies, wordt over­ge­haald Het ver­haal van de Onge­past Nieuws­gie­ri­ge hard­op voor te lezen. Aan­ge­zien het een flin­ke lap tekst is lukt het de pas­toor niet om het gehe­le ver­haal in dit hoofd­stuk af te ron­den. Er wordt ver­der ook niet stil­ge­staan bij hoe de omstan­ders rea­ge­ren op het ver­haal. Iets wat in vori­ge hoofd­stuk­ken juist wel gebeur­de. Nu is het is eer­der een ver­haal in een verhaal.

Hoofd­rol­spe­lers zijn Ansel­mo en Lota­rio, twee goed bevrien­de jon­ge­man­nen uit Flo­ren­ce. Zij trek­ken dag en nacht met elkaar op en delen lief en leed, tot op een dag Ansel­mo ver­liefd wordt op de scho­ne Cami­la. Met hulp van Lota­rio weet Ansel­mo de hand van Cami­la te ver­o­ve­ren en de goed­keu­ring van haar vader te ver­krij­gen voor een huwe­lijk. Tot zover geen vuil­tje aan de lucht.

Dat gaat ech­ter ver­an­de­ren enke­le dagen na de brui­loft wan­neer de voor­naams­te fes­ti­vi­tei­ten en plicht­ple­gin­gen ach­ter de rug zijn. Lota­rio vindt het raad­zaam van­af nu wat min­der Ansel­mo op te zoeken

omdat hij, als ieder ver­stan­dig mens, van mening was dat men een getrouw­de vriend de deur niet plat mag lopen op dezelf­de wij­ze als toen hij nog vrij­ge­zel was. [p.241]

Ansel­mo ziet dit met lede ogen aan en pro­beert Lota­rio over te halen om hen vaker te blij­ven bezoe­ken. Hij haalt er zelfs Cami­la bij die vol­gens hem gegriefd was door het weg­blij­ven van Lota­rio ter­wijl hij zou moe­ten weten hoe Ansel­mo elke keer weer uit­keek naar zijn gezel­schap. Lota­rio laat zich ech­ter niet voor de vol­le hon­derd pro­cent over­ha­len indach­tig hoe de omge­ving erover zou kun­nen gaan rod­de­len indien hij regel­ma­tig in het­zelf­de huis zou ver­toe­ven waar ook de beeld­scho­ne echt­ge­no­te van zijn vriend zich bevond.

Want ofschoon zijn eer en goe­de naam wel in staat waren de las­ter­ton­gen te beteu­ge­len, hij wil­de toch háár goe­de naam en die van zijn vriend niet in opspraak bren­gen. [p.242]

Moei­lij­ker ech­ter wordt zijn situ­a­tie wan­neer op een dag Ansel­mo met een wel heel vreemd ver­zoek komt. Hij heeft zich plots in het hoofd gehaald dat hij bewe­zen wil zien dat zijn vrouw inder­daad zo ‘deugd­zaam en vol­maakt’ is als hij denkt dat ze is. In zijn ogen is er maar één manier om dit uit te vin­den, en dat is om Lota­rio met haar alleen te laten en te zien of zij in gaat op zijn avan­ces naar haar. Doet zij dat niet, dan is dat het bewijs wat hij nodig heeft. Lijkt zij wel te zwich­ten voor de char­mes van Lota­rio dan kan die snel stop­pen voor­dat het seri­eus wordt en zal Ansel­mo, zoals hij zelf aan­geeft ‘slechts in gedach­ten bele­digd zijn en mijn smaad zal dank zij jouw stil­zwij­gen ver­bor­gen blijven’. 

De vraag is of Lota­rio daar­aan mee wil werken. 

Nou, nee dus. Vele pagina’s lang heeft hij nodig om Ansel­mo omstan­dig uit te leg­gen dat dit een bela­che­lijk idee is omdat er hoe dan ook niets goeds van kan komen. Hij haalt alles uit de kast om Ansel­mo ervan te over­tui­gen dat zijn voor­stel niet alleen oneer­baar is naar zowel Cami­la als hem­zelf, maar dat het ook niet fair is om op deze genie­pi­ge wij­ze uit te wil­len vin­den of zijn echt­ge­no­te wel zo trouw is. Ten­slot­te is dit een klas­siek voor­beeld van de kat op het spek binden.

Bedenk toch, bes­te vriend, de vrouw is een onvol­maakt schep­sel, men moet haar niets in de weg leg­gen waar­over zij kan strui­ke­len en val­len, maar die hin­der­pa­len juist voor haar weg­rui­men en haar een pad banen vrij van alle belet­se­len, opdat zij onge­hin­derd haars weegs kan gaan en de vol­maakt­heid berei­ken die zij nog mist, en die de deugd is. [p.245]

Ondanks de stro­fes poë­zie en refe­ren­ties naar de bij­bel die hij er ten over­vloe­de ook nog bij haalt om zijn betoog te onder­steu­nen lukt het hem niet Ansel­mo op ande­re gedach­ten te bren­gen. Die blijft bij zijn voor­ne­men en speelt op het gemoed van Lota­rio door hem voor te hou­den dat als die niet mee­werkt Ansel­mo wel gedwon­gen is om er iemand anders bij te halen en dan zou het inder­daad wel eens hele­maal mis kun­nen gaan indach­tig de voor­beel­den die Lota­rio zelf alle­maal beschre­ven heeft. Schoor­voe­tend geeft Lota­rio toe om dan toch maar te doen wat Ansel­mo van hem ver­langt om op die manier de scha­de hope­lijk beperkt te houden.

In de peri­o­de die hier­op volgt geeft Ansel­mo zijn vrouw en zijn vriend vol­op de gele­gen­heid om tijd met elkaar door te bren­gen, maar wat hij niet weet is dat Lota­rio er alles aan doet om te voor­ko­men dat Cami­la iets voor hem zou kun­nen voe­len, ter­wijl hij onder­tus­sen tegen Ansel­mo ver­telt dat hij alles in het werk stelt om Cami­la te beha­gen maar dat het geen enkel effect op haar heeft, deugd­zaam en trouw als zij is naar haar echtgenoot.

Wat Lota­rio op zijn beurt ech­ter niet door­had is dat Ansel­mo zo ach­ter­doch­tig was gewor­den dat hij hen op ver­schil­len­de momen­ten hei­me­lijk bespiedt en zo ont­dekt dat Lota­rio hem voor­liegt. Lota­rio is zo beschaamd dat hij betrapt is, dat hij uit­ein­de­lijk instemt met het voor­stel van Ansel­mo om een aan­tal dagen op rij met Cami­la door te bren­gen ter­wijl Ansel­mo zoge­naamd op zaken­reis is. Ook nu pro­beert Lota­rio in eer­ste instan­tie zo afstan­de­lijk als moge­lijk te blij­ven rich­ting Cami­la, tot­dat het nood­lot als­nog toe­slaat. Juist door zijn stil­zwij­gen krijgt hij meer oog voor de beval­lig­heid van Cami­la en ‘hij bedacht hoe­zeer zij waard was bemind te wor­den, een gedach­te die al meer en meer de gevoe­lens die hij voor Ansel­mo koes­ter­de begon te ondermijnen’.

Om kort te gaan, de schoon­heid en deugd van Cami­la, gevoegd bij de gele­gen­heid die de dom­me echt­ge­noot hem had gebo­den, deden Lotario’s trouw bezwij­ken [p.250]

Cami­la is met stom­heid gesla­gen en weet niet wat te doen met deze situ­a­tie. In haar wan­hoop besluit zij een knecht met een brief­je naar Ansel­mo te stu­ren, en wat er in dat brief­je staat en hoe het ver­haal ver­der gaat krij­gen we te lezen in het vol­gen­de hoofdstuk.

De vraag is natuur­lijk wat de bedoe­ling van dit inter­mez­zo is in de con­text van het ver­haal met Don Qui­chot in de hoofd­rol. Is het zomaar een ver­haal­tje voor het sla­pen gaan, of krij­gen we later een soort van moraal of dui­ding voor­ge­scho­teld die de avon­tu­ren van Don Qui­chot in een ander dag­licht zet? Ik ben benieuwd en heb de smaak weer te pak­ken om ver­der te lezen.