Jozef wordt door zijn broers verkocht — Genesis 37

Omdat ik tij­dens de stu­die Alge­me­ne cul­tuur­we­ten­schap­pen regel­ma­tig merk dat eni­ge bij­bel­ken­nis wel han­dig is, ben ik maar weer eens met dit ‘boek der boe­ken’ begonnen.

Gene­sis 37

We gaan weer ver­der met Jakob en zijn zonen. De op een na jong­ste zoon van Jakob was Jozef. Zijn moe­der was Rachel, die onder­weg naar Betel gestor­ven was tij­dens de beval­ling van Ben­ja­min. Jakob, ook regel­ma­tig Isra­ël genoemd (Hij die met God gevoch­ten heeft) hield meer van Jozef dan van zijn ande­re zonen. Dat zet natuur­lijk kwaad bloed. Zeker als Jozef regel­ma­tig ver­teld over de dro­men die hij heeft waar­in het voor de ande­ren lijkt als­of zij onder­da­nig aan hem moe­ten zijn:

‘Moe­ten jul­lie nu eens horen wat ik heb gedroomd’, zei hij. ‘We waren op het land scho­ven aan het bin­den, en toen kwam mijn schoof over­eind en bleef recht­op staan. En jul­lie scho­ven gin­gen om die van mij heen staan en bogen daarvoor’.

Of:

‘Ik heb alweer een droom gehad,’ zei hij. ‘Nu bogen de zon, de maan en elf ster­ren zich voor mij neer.’

Op een dag ver­zoekt Jakob dat Jozef zijn broers gaat opzoe­ken die bij Sichem de kud­den lie­ten gra­zen. Laat ik nu den­ken dat Jakob met zijn fami­lie over­haast uit Sichem ver­trok­ken is (zie Gene­sis 35). Maar mis­schien speelt dit ver­haal zich wel eer­der af. Hoe dan ook, wan­neer zijn broers Jozef zien nade­ren zijn ze van plan om hem te doden. Ruben, een van de zoons ziet dat ech­ter niet zit­ten, en haalt hen over om Jozef in een put te gooi­en en ach­ter te laten. 

Als later een kara­vaan Isma­ë­lie­ten voor­bij komt, beslui­ten de zonen van Jakob om Jozef te ver­ko­pen als slaaf. Ze komen een prijs over­een van twin­tig sje­kel en Jozef ver­dwijnt met de kara­vaan rich­ting Egyp­te waar hij uit­ein­de­lijk door­ver­kocht wordt aan Poti­far, een hove­ling van de farao. Het boven­kleed dat Jozef droeg en dat zijn broers al van hem had­den afge­no­men toen ze hem in de put gooi­den sme­ren ze in met bloed van een vers geslacht bok­je. Zo weten ze hun vader te over­tui­gen dat Jozef gegre­pen is door een roofdier.

Jozef wordt door zijn broers ver­kocht (1855), Kon­stan­tin Fla­vits­ky (1830–1866)